Biefstuk of steak is de benaming voor mals en mager spiervlees van het rund of het kalf. Dit vlees is meestal afkomstig van runderen die geslacht worden wanneer ze tussen twee en drie jaar oud zijn. Het bekendste runderras in ons land is het Belgisch Witblauw. De billen bevatten zeer veel vlees en het ras wordt daarom ook vaak dikbil genoemd. Het vlees is mager (slechts 2% vet) en zeer mals met fijne spiervezels.
-
Neem de steak uit de koelkast en laat hem op kamertemperatuur komen.
-
Kruid met peper en zout aan beide kanten.
-
Smelt de boter in de pan tot hij heet is, zonder te verbranden.
-
Schroei de steak aan beide kanten gedurende telkens 2 minuten.
-
Neem de pan van het vuur en laat enkele minuten in de oven van 180°C verder garen.
-
Een steak van 2,5 cm dik is na ongeveer 2 minuten saignant, een steak van 4 cm dik doet er ongeveer 3 minuten over.
-
De cuisson hangt samen met de kerntemperatuur van het vlees. Als je niet zeker bent kan een vleesthermometer je dus helpen om de cuisson te bepalen:
Bleu: 45°
Saignant: 50°
A point: 60/65°C
Bien cuit: + 70°C
